Diploma’s in de schoonheidsbranche
De overheid heeft jaren geleden besloten de Vestigingswet af te
schaffen. Dat betekent dat het wettelijk niet nodig is om diploma’s te hebben als
je als zelfstandige kapper, schoonheidsspecialist of pedicure aan de slag wilt
gaan. De markt haalt kwaliteit vanzelf naar boven, want een kapper die een paar keer het haar van zijn
klanten heeft verknipt, zal al spoedig geen salon meer hebben. En als
ondernemers, vaak verenigd in een overkoepelende organisatie, het belangrijk
vinden om toch het kaf van het koren te scheiden, kunnen zij dit doen met een
keurmerk of erkenning.
En dat gebeurt ook. Als kapper kun je je aansluiten bij de
ANKO. Aangesloten kapsalons laten dat ook trots zien met een sticker op hun
voordeur. Als klant let je er misschien op, omdat je zeker wilt weten dat
degene die jouw haar verft, krult en knipt hiervoor ook de benodigde papieren
heeft. Maar hierin schuilt een misverstand. Om lid te worden van de ANKO, zijn
diploma’s namelijk helemaal niet noodzakelijk. Die sticker zegt dus niets over
de vakbekwaamheid van jouw kapper.
Bij schoonheidsspecialistes is dit anders geregeld. Kies je
voor een praktijk die is aangesloten bij de ANBOS, dan heeft de
schoonheidsspecialiste tenminste het vakdiploma gehaald. Voor studenten die nog
bezig zijn met hun opleiding, is het ook mogelijk een studentenlidmaatschap aan
te gaan. Kortom bij een ANBOS praktijk is gecontroleerd op vakbekwaamheid. De
risico’s die je loopt bij een schoonheidsspecialiste zijn voor klanten
misschien ook wel groter dan bij de kapper. Dat zou een reden kunnen zijn.
Maar zegt een diploma in alle gevallen iets over de
kwaliteit? Is een kapster zonder gehaald eindexamen per definitie slechter dan een kapster die
het papiertje wel heeft gehaald? Ik denk het niet. Je zou bijvoorbeeld te maken kunnen hebben met
een haarkunstenaar met een goede opleiding, die alleen door faalangst het
diploma niet heeft gehaald. Bovendien kun je het vak ook in de praktijk geleerd
hebben, door schade en schande zogezegd.
En hoe zit het met oude diploma’s? De 60-jarige kapster die
veertig jaar geleden gediplomeerd aan de slag ging, is zonder bijscholing niet
beter op de hoogte van nieuwe technieken, producten en modellen dan haar
jongere ongediplomeerde collega.
En dan het personeel. Als er voor lidmaatschap bij een
brancheorganisatie een diploma-eis is, wil dat zeggen dat het diploma aanwezig
is. Dat betekent niet automatisch dat degene door wie de klant behandeld wordt,
ook aan de vakbekwaamheidseisen voldoet.
Kortom, er valt veel te zeggen over manieren om de kwaliteit
van een branche te verhogen. En brancheorganisatie gaan daar dan ook op verschillende
manieren mee om. Belangrijk is naar mijn mening dat het in ieder geval richting
de klant duidelijk is, waar een keurmerk of erkenning voor staat. Daar zijn
zowel ondernemers als de consument bij gebaat.
Branche
|
Organisatie
|
Eisen
lidmaatschap
|
Kapper
|
ANKO
|
Alleen voor professionele kappers/kapsalons. Geen diploma-eisen bij
lidmaatschap. Om een erkenning als haarwerkspecialist te krijgen, wordt schriftelijk
getoetst. Daarnaast worden eisen
gesteld aan de kapsalon. Voor informatie: https://www.anko.nl/haarwerkers/starten-als-haarwerker
|
Schoonheidsspecialist
|
ANBOS
|
Studentlidmaatschap: voor aankomende schoonheidsspecialisten die een opleiding voor het diploma
Schoonheidsverzorging volgen.
Lidmaatschap: als je het diploma
Schoonheidsverzorging hebt, maar nog geen eigen praktijk.
Kernlidmaatschap: je bent in het bezit van het diploma Schoonheidsverzorging
niveau 3 en je hebt een eigen bedrijf.
|
Pedicure
|
Provoet
|
Aspirant lidmaatschap voor pedicures in opleiding en
pedicures die aan het EVC-traject medisch pedicure deelnemen.
Lidmaatschap voor gediplomeerde (medisch) pedicures.
|
Reacties
Een reactie posten